• Menu

0 recente resultaten

Minister komt met zorgwekkende antwoorden op Kamervragen over CATCH

CATCH, de gezichtsherkenningstechnologie van de politie, kwam deze zomer in opspraak. Van 1,3 miljoen mensen is hun gezicht in de strafrechtdatabank hiervan opgenomen. De slogan lijkt dezelfde als die van Pokemon te zijn: “Gotta CATCH ‘em all.” D66 stelde Kamervragen. De antwoorden van de minister nemen de zorgen niet weg – integendeel.

Hieruit blijkt onder meer dat de vingerafdrukkendatabank die al langer voor identificatie in de opsporing wordt gebruikt een zooitje is. Dat de databank met vingerafdrukken vervuild is mag geen reden zijn om een databank met gezichten op te tuigen.

De strafrechtdatabank vanLees hier ons Twitterdraadje over de vragen over CATCH CATCH bestaat uit een enorme voorraad gezichten van verdachten, veroordeelden en mensen over wiens identiteit onduidelijkheid bestaat. Lees hier wat wij eerder over CATCH schreven. Als de politie iemand als verdachte in beeld krijgt, kan een foto worden ingevoerd om te zien of iemand al in dit systeem voorkomt. Dit kan de politie helpen uit te zoeken wie zij tegenover zich heeft en of deze persoon eerder is verdacht of veroordeeld.

Verschillende wettelijke grondslagen

De politie baseert zich bij het nemen van de foto’s op artikel 55c lid 2 van het Wetboek van Strafvordering (Sv). Dit artikel is 1 oktober 2010 geïntroduceerd. De politie gebruikt echter ook foto’s die voor die tijd zijn gemaakt. Deze foto’s zijn gemaakt op basis van artikel 61a Sv. Tussen deze twee artikelen is een belangrijk verschil. Het nieuwe artikel 55c lid 2 vereist dat er een verdenking moet zijn van een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten. Het oude artikel 61a stelt deze voorwaarde niet. Dit betekent dat er een grote hoeveelheid foto’s in de databank staat die niet aan de huidige wettelijke grondslag voor opname in de databank voldoet.

Daarnaast worden ook personen in de databank opgenomen over wiens identiteit onduidelijkheid bestaat. In dat geval geldt het vereiste van een verdenking waar voorlopige hechtenis voor is toegelaten ook niet. Dit zijn, zoals CATCH-projectleider John Riemen in deze podcastPodcast Cases 2.2: CATCH aangeeft, onder andere politieke demonstranten die zijn gearresteerd en niet aan de politie willen vertellen wie zij zijn. In totaal zijn er 1,3 miljoen personen om deze verschillende redenen opgenomen. Hun gegevens staan in één en dezelfde databank. De inzet van een heftig surveillancemiddel wordt zo gelijkgetrokken voor verdachten en veroordeelden van relatief heftige misdrijven, mensen die voor 2010 in het systeem terecht zijn gekomen, en politieke demonstranten die hun identiteit niet willen prijsgeven.

Verschillende bewaartermijnen

Zoals de minister in de beantwoordingLees hier de beantwoording van de Kamervragen door de minister aangeeft, gelden er verschillende bewaartermijnen voor dezelfde foto. Dat klinkt verwarrend, en is het ook. De foto’s van de gezichten worden opgenomen in de Strafketendatabase. In de regels die hiervoor opgesteld zijn, staat dat deze 20 tot maar liefst 80 jaar mogen worden bewaard. Het is afhankelijk van de ernst van het misdrijf waarvan de persoon wordt verdacht.

De foto’s zijn echter ook politiegegevens. Dat betekent dat zij vallen onder de Wet Politiegegevens, waar ook bewaartermijnen in staan. Deze zijn een stuk korter. Dat zorgt in de praktijk voor onduidelijkheid, geeft de minister toe, en dat vindt hij onwenselijk. Toch kiest hij ervoor om de onduidelijkheid niet weg te nemen maar deze “onvolkomenheid in de wet te accepteren”. De minister is bang dat anders ook gegevens zouden kunnen worden vernietigd die kunnen bijdragen aan de opsporing in cold case-zaken. Maar staat het niet voldoen aan de wet bij het optuigen van een databank, waar nu al 1,3 miljoen mensen met hun gezicht in staan, wel in redelijke verhouding tot dit belang?

Dat de vingerafdrukkendatabank van de politie vervuild is mag geen reden zijn om een nieuwe databank vol gezichten op te tuigen.

Nut en noodzaak

De minister wordt gevraagd naar een statistisch onderbouwde analyse over nut en noodzaak van de databank. In de beantwoording verwijst hij naar een document uit 2008Memorie van toelichting: Wijziging van het Wetboek van Strafvordering,het Wetboek van Strafrecht en enige anderewetten in verband met het verbeteren enversterken van de vaststelling van de identiteitvan verdachten, veroordeelden en getuigen. Daarin valt een aantal dingen op:

  • Er staan ongeveer 1,26 miljoen personen in de vingerafdrukkendatabank van de politie. Hiervan staan zo’n 92.000 personen er onder verschillende namen in. Soms staat één persoon er onder tientallen namen in. In totaal staat ongeveer 7 procent onder meerdere namen in de database.
  • Bij een steekproef in drie penitentiaire inrichtingen begin 2006 werden van alle 707 gedetineerden vingerafdrukken genomen. Deze werden vergeleken met onder andere de vingerafdrukkendatabank. Daarbij bleek dat meer dan 1 op de 5 (22 procent) van de geregistreerde identiteiten niet goed is. Bij maar liefst 15 procent lijkt er sprake te zijn van administratieve missers, bij 7 procent bestaat er een vermoeden van identiteitsfraude. In het document wordt de “geruststellende” mededeling toegevoegd dat dit nog niet per se hoeft te betekenen dat de betrokkene onterecht gedetineerd zouden zijn. Maar die optie wordt dus wel opengehouden. De mate van vervuiling van deze database zou de minister moeten verontrusten, maar dat doet het duidelijk niet.

Daarnaast verwijst hij naar cijfers van de politie waaruit zou blijken dat onderzoek met CATCH in 2018 in ruim 8 procent van de zaken een herkenning opleverde die leidde tot een aanknopingspunt voor vervolgonderzoek. Dat klinkt als meer dan het is. Zoals de minister ook aangeeft is het de werkwijze van de politie dat wanneer er een herkenning op basis van het systeem is, deze leidt tot een aanknopingspunt voor vervolgonderzoek. De uiteindelijke waarde hiervan voor het onderzoek is niet bekend.

De cijfers laten zien dat het duidelijk niet goedgaat met de identiteitsvaststelling in de opsporing. Het is zorgwekkend dat de minister de slechte kwaliteit van een bestaande databank aandraagt als nut en noodzaak voor de volgende databank. Bij het optuigen van een nieuwe databank met gevoelige, biometrische persoonsgegevens, moeten we juist uiterst terughoudend zijn. Laten we eerst kijken naar de administratieve missers, de gebreken in de naleving van wetgeving en de wanorde in het bestaande systeem, en daarvan leren.

Help mee en support ons

Door mijn bijdrage ondersteun ik Bits of Freedom, dat kan maandelijks of eenmalig.

Ik geef graag per maand

Ik geef graag een eenmalig bedrag