Anders dan Rutte zegt: natuurlijk kan een deadline op kabinetsreactie
Toen de minister-president verwarring gezaaid had over het al dan niet van kracht zijn van de wet, vroeg Thieme het kabinet “of het, nadat dit referendum is geweest, bereid is om een deadline te stellen ten aanzien van een reactie op de uitkomst van het referendum.” Ook al een redelijke vraag, want als die wet al van kracht zou zijn, is het wel fijn als het kabinet niet achterover leunt en pas na een jaar met een reactie op een eventueel “tegen” komt.
Rutte’s reactie: “Schritt für Schritt. Zullen we het even stap voor stap doen? Eerst maar eens even ervoor zorgen dat het referendum netjes plaatsvindt […].” Thieme reageerde terecht geïrriteerd: “Ik wil dus dat we met elkaar een termijn afspreken waarbinnen het kabinet met een reactie zal komen. Dat lijkt me procedureel zuiver.” Maar Rutte negeert niet alleen het volk, maar ook de volksvertegenwoordigers: “Ook daar is de wet duidelijk over. Wij voeren de wet uit en de wet zegt daar ook van alles over.”
De hele waarheid is dat die wetRelevant is artikel 12 van de Wet raadgevend referendum inderdaad erg duidelijk is: er “wordt zo spoedig mogelijk beslist of een voorstel van wet zal worden ingediend dat uitsluitend strekt tot intrekking van de wet.” De verantwoordelijke minister “licht [het parlement] zo spoedig mogelijk in over de beslissing van de regering ter zake.” Dat is helder, maar bij politieke onwil is “zo spoedig mogelijk” natuurlijk wel een uiterst rekbaar begrip.
De vraag van Thieme is een redelijke: gegeven de manier waarop Rutte eerder “zo spoedig mogelijk” herdefinieerde tot “heeeel veel maanden” is het niet gek om deze keer vooraf afspraken te maken over de termijn. Want duidelijk is dat Rutte en de rest van de wereld verschillen over de betekenis van de wettelijke plicht “zo spoedig mogelijk” een beslissing te nemen.