• Menu

0 recente resultaten

Advocaten eisen einde afluisteren

De Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten (NVSA) gaat in kort geding eisen dat minister Donner van justitie een einde maakt aan het afluisteren van telefoongesprekken tussen advocaten en hun cliënten. Dat heeft NVSA-voorzitter Röttgering gezegd in het tv-programma Netwerk.

In juli 2003 oordeelde het College bescherming persoonsgegevens (CBP) al dat politie en justitie zijn doorgeschoten bij het afluisteren en registreren van gesprekken van burgers met hun advocaten. Het beroepsgeheim van advocaten wordt hierdoor onvoldoende gerespecteerd. In het wetboek van strafvordering staat dat de geheimhoudingsplicht van zogenaamde beroepsgeheimhouders (waaronder advocaten) gerespecteerd moet worden.

Uit het onderzoek bleek dat politie en justitie gesprekken tussen advocaten en hun cliënten niet alleen opnemen, maar ook uitwerken. De officier van justitie leest eerst het tapverslag en beslist dan pas of de inhoud geheim moet worden gehouden. Het College noemde het stelselmatig opnemen, registreren, uitwerken en kennisnemen van deze vertrouwelijke communicatie door de politie en justitie onrechtmatig. Volgens het College moeten gesprekken tussen advocaten en hun cliënten onmiddellijk worden gewist. Het College stelt voor om nummerherkenning te gebruiken om zo te bepalen of een advocaat aan het gesprek deelneemt. Uit het onderzoek blijkt ook dat digitaal opgenomen gesprekken die wel ‘gewist’ worden, betrekkelijk eenvoudig zijn terug te vinden. Minister Donner en het Openbaar Ministerie weigeren om de werkwijze bij het aftappen te veranderen.

De onrechtmatigheid van het afluisteren van advocaten is nu ook door de rechter bevestigd. De rechtbank in Den Haag heeft het Openbaar Ministerie niet ontvankelijk verklaard in de zaak rond een gasexplosie bij een juwelier in Den Haag. Justitie heeft in deze zaak telefoongesprekken tussen de juwelier (de verdachte) en zijn advocaat afgeluisterd en toegevoegd aan het procesdossier. De taps hadden zo snel mogelijk gewist moeten worden maar maakten al een jaar deel uit van het dossier.

Het CBP heeft de minister opgeroepen het beroepsgeheim van advocaten beter te regelen in de wet. “Het CBP is van oordeel dat er reeds inbreuk plaatsvindt op het recht op vertrouwelijke communicatie door het opnemen en uitluisteren van vertrouwelijke telefoongesprekken. Waar dat onvermijdelijk is, is dit niet onrechtmatig. Dat deze gesprekken ook standaard ter kennisname aan de officier van justitie en opsporingsambtenaren ter beschikking wordt gesteld, in veel gevallen de tegenpartij in gerechtelijke procedures, is echter onrechtmatig.”

Dit artikel is automatisch geconverteerd uit het oude archief van nieuwsbrieven van Bits of Freedom.

Help mee en support ons

Door mijn bijdrage ondersteun ik Bits of Freedom, dat kan maandelijks of eenmalig.

Ik geef graag per maand

Ik geef graag een eenmalig bedrag