Waardeloze inbreng Justitie voor Europese evaluatie bewaarplicht
De controversiële EU-richtlijn bewaarplicht telecomgegevens wordt momenteel geëvalueerd door de Europese Commissie. Onlangs is de Nederlandse inbreng aan deze evaluatie openbaar geworden. Hierin gaat het Ministerie van Justitie de cruciale vragen uit de weg en levert zij irrelevante praktijkvoorbeelden. De waardeloze inbreng vormt dan ook geen bewijs voor de noodzaak van de bewaarplicht en is onbruikbaar voor de Europese Commissie.
Uit de evaluatie zal moeten blijken of het verplicht bewaren van het telecomverkeer en de locatie van 500 miljoen Europeanen in overeenstemming is met onze digitale grondrechten. Sinds maart 2010 heeft de Commissie de EU-lidstaten herhaaldelijk gevraagd (PDF) hoe vaak de bewaarde gegevens worden opgevraagd en wat de invloed van de bewaarplicht is op het aantal veroordelingen, vrijspraken, op het voorkomen van misdrijven en op het afzien van verdere vervolging. Zo kan zij beoordelen of de bewaarplicht een effectieve bijdrage levert aan de opsporing van strafbare feiten en noodzakelijk is in een vrije rechtstaat.
Onderzoeker Rejo Zenger wist de Nederlandse inbreng boven tafel te krijgen met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur en analyseerde de inbreng op zijn blog. Justitie schrijft (PDF) dat zij over 2010 circa 85.000 bevragingen van deze bewaarplichtgegevens verwacht. Dat overstijgt de 78.000 uit een eerder rapport, op basis waarvan we al moesten concluderen dat Nederland Europees koploper aantal bevragingen telecomgegevens is. Die koppositie wordt in 2010 dus verstevigd.
Vervolgens schrijft Justitie – zonder enige onderbouwing – dat de gegevens in 65% van alle opsporingsonderzoeken gebruikt worden. Maar volgens de wet mag deze persoonlijke informatie van telecomgebruikers alleen opgevraagd worden in het geval van specifieke onderzoeken naar ‘ernstige strafbare feiten’. Is het gebruiken van bel- en internetverkeer eerder de regel dan de uitzondering in Nederland? De inbreng doet vermoeden van wel.
De cruciale vragen van de Europese Commissie – naar de invloed van de bewaarplicht op de ontwikkeling van de criminliteit in Nederland – kan Justitie niet beantwoorden. Het onbrevedigende antwoord luidt, dat de invloed van de bewaarplicht op het aantal veroordelingen niet geregistreerd wordt. Als pleister op de wonden draagt de Raad van Korpschefs in een bijlage een aantal praktijkvoorbeelden aan om de inbreng wat te verlevendigen. Zonder succes. Van de 24 genoemde vonnissen zijn er twee ongepubliceerd, terwijl vijf over hetzelfde delict lijken te gaan. Bij 17 van de resterende 19 vonnissen vond het delict plaats vóór de inwerkingtreding van de bewaarplicht in Nederland. Uit de door de Korpschefs geselecteerde zaken volgt niet dat we de bewaarplicht in onze samenleving moeten accepteren als noodzakelijk kwaad ten behoeve van de opsporing. Integendeel, de verkeersgegevens waren in ook al voorhanden zonder de bewaarplicht.
We kunnen constateren dat Justitie geen beeld heeft van de effectiviteit van de bewaarplicht. En dat Justitie geen beleid maakt op grond van gedegen analyse, maar op grond van een gevoel dat beschikbaarheid van informatie wel handig is. Dat tegelijkertijd de privacy van iedere Nederlander op ongeëvenaarde wijze wordt geschonden – uit onderzoek blijkt dat 225 keer per dag wordt gelogd waar je op welk moment bent en met wie je contact hebt – telt blijkbaar niet mee.
Al met al vormt de Nederlandse inbreng geen bewijs voor de noodzaak van de bewaarplicht. Daarmee kan de maatregel de toets van ‘noodzaak in een democratische samenleving’ niet weerstaan en wordt het steeds zekerder dat de bewaarplicht in strijd is met ons grondrecht op privacy. Volgend jaar zal het Europees Hof van Justitie over precies deze vraag haar oordeel vellen. Paradoxaal genoeg kan een waardeloze inbreng van Justitie dus ook goed nieuws zijn.
Bits of Freedom spant zich in de controversiële bewaarplicht te beperken en volgt de ontwikkelingen op de voet, zowel in Nederland als in Europa. Op 3 december gaven we een keynote speech tijdens de Europese conferentie over de evaluatie, getiteld ‘What the European Commission owes 500 million Europeans’ (PDF). Ons verslag van de conferentie lees je hier. Al onze berichten over de bewaarplicht zijn hier te vinden.
UPDATE (17.12.10, 10:26): de blog heeft direct geleid tot nieuwsberichten op NU.nl, Webwereld en Security.nl. Op Webwereld reageert Justitie op onze analyse:
“‘We zien zeker het nut van de bewaarplicht telecomgegevens. Punt”, zegt een woordvoerder van Justitie tegen Webwereld.”
Hiermee schiet Justitie zichzelf tweemaal in de voet. Op de eerste plaats toont haar reactie aan, dat ze inderdaad niet in staat is om de privacy-inbreuk van de bewaarplicht te rechtvaardigen. Op de tweede plaats schrijft vaste jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM, uitspraak Silver a.o. v. The United Kingdom, §97) voor dat ‘nut’ niet voldoende is om inbreuken op grondrechten te rechtvaardigen. Er moet sprake zijn van ‘noodzaak’.