Het is inmiddels zomer in Brussel. Dat betekent dat parlementsleden hun kantoren zijn ontvlucht en dat wij voorlopig even niet de trein naar Belgie in hoeven. Rust in de tent, zou je denken. Maar niets is minder waar. Hoewel er geen besprekingen en vergaderingen plaatsvinden gaat de strijd om jouw privacy in volle hevigheid door. Een zomergevecht klinkt als iets met waterpistolen en een springkussen, maar helaas, ook dit gevecht is er één van grote stapels papier. Inzet zijn de onderhandelingen over nieuwe Europese privacywetgeving.

De status: er was eens een voorstel van de Europese Commissie (begin 2012). Dat ging naar het Europees Parlement, waar ruim 4000 wijzigingen werden voorgesteld. Een groot deel daarvan is matig en een nog groter deel ronduit slecht. Terwijl  politici en lobbyisten in het parlement aan het werk zijn wordt er tegelijkertijd ook onderhandeld door alle lidstaten onderling. De Raad van Ministers (ook wel gewoon ‘de Raad’) heeft een rapport uitgebracht dat heel ver af staat van de ons beloofde ‘verbetering’ van het privacyrecht.

Een korte analyse in het Engels vind je hier, maar in het heel kort valt dit document samen te vatten als desastreus. Zelfregulering neemt de plaats in van strenge regels, direct marketing mag zonder toestemming en het wordt voor bedrijven en overheden makkelijker om je gegevens te verzamelen omdat er minder eisen worden gesteld aan jouw toestemming.

Kortom, het lijkt steeds moeilijker te worden om een goed compromis te sluiten tussen de matige tekst van het parlement en de huiveringwekkende voorstellen van de Raad. Uit twee matige voorstellen valt immers weinig te winnen. We hopen dat de Europese Commissie voet bij stuk houdt, en als derde partij niet zal accepteren dat gebruikers de dupe worden. En natuurlijk blijven we ook onze pijlen op Brussel richten.