• Menu

0 recente resultaten

Veiligheid of surveillance? Zo prik je door beleid heen.

Regelmatig lanceren ministers en organisaties nieuwe plannen om het internet verder te controleren of hun bevoegdheden uit te breiden. Het zijn soms lange, wollige stukken tekst, en soms juist korte en oppervlakkige nieuwsitems. En vaak is het lastig om de plannen te begrijpen en te beoordelen. Wij laten je zien hoe je een onderbouwde mening kan vormen over het volgende plan dat uit Europa of Nederland komt.

1. Wat is het doel van het voorstel?

Vaak worden plannen gemaakt zonder dat een doel is vastgesteld. Terwijl dat heel belangrijk is, want alleen met een helder doel voor ogen kan worden bepaald of de plannen passend zijn. Als we het doel niet precies kennen, kunnen we beleidsvoorstellen nooit op waarde schatten. Dus als een plan geen helder doel heeft, kan het vaak al snel de prullenbak in.

Voorbeeld: Zoals we schreven, onderzoekt de regering de mogelijkheid voor veiligheidsdiensten om het hele internet af te tappen. Het gaat om een uitbreiding van een bestaande wet uit 2002. In die wet is vastgelegd dat de veiligheidsdiensten willekeurige draadloze communicatie zonder toestemming mogen aftappen. Wat is hier eigenlijk het doel? We nemen aan dat het voorstel zou moeten bijdragen aan het doel van de veiligheidsdiensten: het beschermen van de nationale veiligheid, onder meer door het doen van onderzoek naar eventuele gevaren voor de democratie. Maar dat is nog weinig concreet en wordt helaas niet toegelicht door de minister. Zonder meer informatie is nog moelijk te beoordelen of het voorstel wel een goed idee is.

2. Welk probleem wil het voorstel oplossen?

Zelfs als het doel helder is gedefinieerd, kan het probleem dat men met het voorstel wil oplossen nog onduidelijk zijn. En ook hier geldt dat alleen met een duidelijke probleemstelling beleidsopties kunnen worden afgewogen. Bepaal dus wat het probleem is. Neem geen genoegen met een stelling of een aanname: er moet bewijs zijn in de vorm van cijfers.

Voorbeeld: Onder de huidige wetgeving moeten inlichtingendiensten toestemming vragen voor het onderscheppen van communicatie via de kabel. Het besproken voorstel zou die toestemmingseis opheffen. Het is alleen niet duidelijk wat het probleem is dat men daarmee probeert op te lossen. Misschien kost die rechterlijke toetsing te veel tijd, of missen de veiligheidsdiensten leads doordat ze niet iedereen afluisteren, of is het probleem juist dat veiligheidsdiensten onvoldoende bruikbare informatie verzamelen. Wat het probleem ook is: het moet wel duidelijk onderbouwd worden, zodat daarover een publiek debat plaats kan vinden.

3. Hoe effectief zijn de beoogde plannen?

Misschien zul je niet eens bij deze stap aankomen. Er zijn helaas véél plannetjes zonder doel of zonder duidelijke probleemstelling. Maar mocht je toch bij de oplossingen zijn aanbeland, kijk dan hoe effectief ze zijn. Helpen de maatregelen om het doel te bereiken? Want alleen effectief beleid zou voor invoering in aanmerking mogen komen. En let op: de enkele suggestie dat de ene maatregel doeltreffender is dan de andere, is niet genoeg. Ook hier geldt: er zijn cijfers nodig. Bewijs, bewijs, bewijs!

Voorbeeld: Laten we even aannemen dat het doel is om te zorgen dat veiligheidsdiensten beter onderzoek kunnen doen naar gevaren voor de democratie, en dat het probleem is dat veiligheidsdiensten nu te weinig bruikbare informatie krijgen uit hun onderzoek. In dat geval is het maar de vraag of het uitbreiden van internettaps wel werkt: dan krijgen veiligheidsdiensten immers toegang tot nog veel meer informatie, en is de kans dat ze daardoor bruikbare informatie over het hoofd zien juist groter.

4. Wat zijn de negatieve consequenties?

Een maatregel kan iets opleveren, maar zal ook altijd iets kosten. Bij beleid moeten daarom ook de negatieve, ongewilde consequenties worden meegewogen. Die negatieve consequenties kunnen namelijk ver gaan: bij maatregelen die het internet reguleren zullen vaak fundamentele rechten in het geding zijn. Wees kritisch. Het beleidsvoorstel moet transparant zijn over de nadelige gevolgen en indirecte schade als gevolg van het voorstel, en duidelijk beschrijven hoe die negatieve consequenties worden ingeperkt.

Voorbeeld: Als de plannen van minister Hillen van Defensie werkelijkheid worden, staat iedere internettende burger onder toezicht van de veiligheidsdiensten. Dat brengt grote risico’s met zich: de gegevens kunnen in verkeerde handen komen, je hebt geen controle over wat de diensten met je gegevens doen, de kosten voor het opslaan van al die gegevens exploderen, mensen zullen zich beperkt voelen in hun communicatievrijheid, etcetera.

5. Wat is de geschiedenis van beleid? Zijn er terugkerende patronen?

Plannen lijken zich misschien af te spelen in een vacuüm, maar zijn vaak onderdeel van een bredere ontwikkeling die langer gaande is. En vaak zijn al eerder dezelfde fouten gemaakt. Naar het verleden kijken is leerzaam. Ga na met welk beleid vroeger werd geprobeerd het probleem op te lossen. Wat ging er goed? Wat waren de valkuilen?

Voorbeeld: In de Verenigde Staten is het internetverkeer van internetters jarenlang zonder rechterlijke toetsing in het geheim afgetapt. Dat leidde tot veel maatschappelijk protest en heeft, zo begrijpen wij, weinig tot niets opgeleverd. Alleen daarom al zouden we die plannen niet moeten toepassen in Nederland.

Heb jij een ander voorbeeld van internetbeleid dat volgens jou z’n doelen voorbij schiet, of juist heel effectief en doeltreffend is? We zijn benieuwd!

Help mee en steun ons

Door mijn bijdrage ondersteun ik Bits of Freedom, dat kan maandelijks of eenmalig.

Ik geef graag per maand

Ik geef graag een eenmalig bedrag