Emoji, Bitcoin en WeChat. De interwebs zijn groot. Niet elke tweet wordt gezien, niet elke blog wordt gelezen. Daarom een stukje service van ons naar jou toe: mooie, ontroerende, zorgwekkende en/of hilarische linkjes over internetvrijheid die we deze week ontdekten en graag met je delen.

De if-I-were-you-I-would-reads

• In China is WeChat eigenlijk de enige app die je nog nodig hebt. Het is niet alleen een sociaal netwerk, maar met een paar clicks is ook “de taxi besteld, trein-, vlieg- en bioscoopticket gereserveerd, muziek herkend en de gas-, water- en lichtrekening afgehandeld”. Dat geeft het bedrijf achter de app (Tencent) ontzettend veel macht. Zorgwekkend genoeg wordt de app in Silicon Valley als “hét digitale voorland” onthaald.
• Naar aanleiding van de aanslagen in Parijs ontstond er de afgelopen week debat over de versleuteling van digitale privécommunicatie. Het afschaffen van encryptie lijkt niet de oplossing. In een artikel in The New York Times werd uitgelegd waarom.
• Veel nieuws rondom Bitcoin deze week. Terwijl Reuters bericht dat Europa strengere controle wil op het gebruik van Bitcoin (want terrorisme) en Webwereld de virtuele valuta zelfs wegzet als “terroristenmunt”, berichten diverse andere nieuwssites dat de ING als eerste Nederlandse bank de blockchain-technologie wil gebruiken om online bankieren juist veiliger te maken.
• Deze week werd bekend dat de Oxford Dictionaries “Word of the Year” dit jaar niet een woord is, maar een emoji. Aan zulk nieuws moet je dan ook geen woorden vuil maken, maar.