• Menu

0 recente resultaten

Welke grenzen stellen we aan datagebruik door verzekeraars?

Vorig jaar maakte Achmea bekend de intentie te hebben “korting” te bieden aan klanten die toestaan dat de verzekeringsmaatschappij data over ze verzamelt. Wij waren erg kritisch, en ook jullie plaatsten grote vraagtekens bij de plannen: Achmea werd genomineerd voor een Big Brother Award. Verzekeraars zeggen van de reacties te zijn geschrokken, maar presenteren vandaag een green paper waarin ze pleiten voor meer ruimte voor het gebruik van big data-analyses.

Begin dit jaar werden we uitgenodigd door het Verbond van Verzekeraars om input te leveren voor een visiestuk over big data. Dat stuk is er helaas niet gekomen, maar vandaag is dan wel een zogenaamde green paper verschenen. Het Financieele Dagblad: “In een vrijdag verschenen ‘groenboek’ vraagt de sector zonder aanvullende regels aan de slag te mogen gaan met de nieuwe mogelijkheden. In ruil daarvoor krijgen klanten van de verzekeraars de toezegging dat ‘de privacy wordt gerespecteerd en zij er alles aan doen zoveel mogelijk klanten te verzekeren’.”. Wij zien grote risico’s bij de inzet van big data-analyses door verzekeraars en zijn van mening dat er meer nodig is dan toezeggingen.

Burger steeds zichtbaarder
Bedrijven en overheden hebben steeds meer data over ons, zoveel dat we onderhand wel kunnen stellen dat er partijen zijn die meer over ons weten dan wij over onszelf. En zeker meer dan wij over hen weten. Een enorme informatieongelijkheid.

Dé belofte van big data is dat ons gedrag steeds makkelijker te voorspellen en beïnvloeden is. Dit zien we terug in praktijken uiteenlopend van gepersonaliseerde advertenties tot predictive policing. Het Verbond van Verzekeraars wijst erop dat “bedrijven als Facebook en Google duizend keer meer weten van hun klanten.” Maar (in een onderzoek van TNO over privacybeleving) bleek nog dat Nederlanders het minste vertrouwen hebben in sociale netwerken zoals Facebook. Willen verzekeraars echt die kant op?

Verzekeraar wordt normbepalend
De grote vraag is met welk doel verzekeraars big data-analyses gaan inzetten. Is het wenselijk dat commerciële partijen als verzekeraars sturend worden in hoe we ons leven inrichten, door bijvoorbeeld onze premie te verhogen of verlagen op basis van hoeveel lichaamsbeweging we krijgen? Als de verzekeraar in die rol kruipt, betekent het dat hij gaat bepalen wat wenselijk en onwenselijk gedrag is. Wij vragen ons af of het wel de taak van de verzekeraar is om van ons veiliger-rijdende, gezonder-etende, betere burgers te maken. En zelfs als het antwoord daarop bevestigend is, wordt er dan wel rekening gehouden met het feit dat niet iedereen dezelfde kansen heeft om haar leven naar eigen inzicht vorm te geven? Je kunt niet zomaar verhuizen als je in een risico-postcodegebied blijkt te wonen.

Dan sta je je data maar niet af? Wij vragen ons af of hier daadwerkelijk sprake is van vrije keuze. Leo de Boer, directeur Verbond van Verzekeraars geeft zelf aan wat er gebeurt als je besluit je data niet te willen delen. “[Mensen] die geen kastje [in hun auto] willen, zijn waarschijnlijk ook slechte rijders. Die betalen dan ook meer premie.”

Big data ondermijnt solidariteit, bevordert discriminatie
De inzet van big data-analyses individualiseert risico. Dit ondermijnt solidariteit – groepen verzekerden worden steeds homogener – en in het ergste geval leidt het tot “onverzekerbare” Nederlanders. Als kanssolidariteit – waarbij je premie afhankelijk is van je risico – te ver wordt doorgevoerd is er bovendien een grote kans dat, met behulp van big data-analyses, discriminerende praktijken er via de achterdeur worden ingefietst. Er moet nu al worden nagedacht over waarborgen en bijvoorbeeld “privacy-by-design”-oplossingen, niet pas wanneer over vijf jaar blijkt dat mensen vanwege hun etniciteit of inkomen een hogere premie betalen.

Geen inzicht en geen controle
Tot slot maken we ons zorgen over de transparantie en controleerbaarheid van de inzet van big data-analyse. Wat gebeurt er wanneer ingrijpende keuzes over ons leven gemaakt worden op basis van algoritmes die we niet begrijpen en die we daarom ook niet ter verantwoording kunnen roepen? Nu al zijn er legio voorbeelden van situaties waarin algoritmes verkeerde inschattingen maken en onschuldige mensen daar de prijs voor betalen. False positives zullen steeds vaker voorkomen, we zullen steeds vaker de dupe worden van data.

Wat nu?
De Nederlandse Juristen-Vereniging bracht eerder deze maand een document* uit waarin onder andere gereflecteerd wordt op de zogenaamde “pay-how-you-drive”-verzekeringen, waarbij de premie op individueel niveau bepaald wordt op basis van data die de verzekeraar in real-time van je verzamelt. De NJV vraagt zich af of het belang dat de verzekeraar heeft bij deze vorm van gegevensverwerking, wel gerechtvaardigd is. En bovendien, of er daadwerkelijk sprake is van “toestemming” wanneer die toestemming is gegeven in ruil voor een lagere verzekeringspremie. De NJV is glashelder in haar oordeel. Zij zegt:

“Om het simpel te verwoorden: aan bepaalde diensten heeft een democratische en op een zekere solidariteit gestoelde samenleving nu eenmaal geen behoefte. Te denken valt aan aanvullende pakketten bij ziektekosten- of arbeidsongeschiktheidsverzekeringen waarbij de premie is gebaseerd op data-analyse met behulp van onder meer genetische informatie. […] Ook valt te denken aan situaties waarin burgers zich in het maatschappelijk leven niet langer in vrijheid blijken te kunnen ontplooien, bijvoorbeeld als sprake is van machtsongelijkheid tussen commerciële bedrijven en individuen in combinatie met zeer ingrijpende implicaties van de inzet van data-analyse, zoals in het besproken voorbeeld van ‘pay-how-you-drive’ verzekeringen.”

Zijn er inderdaad, zoals de NJV aangeeft, diensten waarvoor in onze samenleving geen plaats is? Moeten we grenzen stellen aan datagebruik door verzekeraars? Het Verbond voor Verzekeraars wil een publieke discussie, dus kom maar op met jullie ideeën hierover. (Tip: @Verbond)

 

* De Nederlandse Juristen-Vereniging brengt juristen uit rechtspraktijk, wetenschap en bedrijfsleven bij elkaar om van gedachten te wisselen over relevante ontwikkelingen in de wetgeving en in het recht. Dat doen ze onder andere tijdens een jaarvergadering en een aantal “preadviezen” die aan die vergadering vooraf gaan. “[De] preadviseurs staan niet alleen stil bij het geldend recht, maar richten zich ook op de vraag hoe wetgeving en rechtspraak zich zouden moeten ontwikkelen. Zij nemen daarbij het liefst een enigszins visionair, prikkelend, mogelijk provocerend standpunt in.” Het thema is dit jaar “Homo Digitalis”. De pre-adviezen, waar deze blogpost uit citeert, kun je op de website van de NJV downloaden.

Help mee en support ons

Door mijn bijdrage ondersteun ik Bits of Freedom, dat kan maandelijks of eenmalig.

Ik geef graag per maand

Ik geef graag een eenmalig bedrag